“Besparen op de strijd tegen seksueel geweld is geen optie”

“Besparen op de strijd tegen seksueel geweld is geen optie”

mei 08 2019

23 jaar oud en met brutaal geweld het leven ontnomen. De tragische dood van Julie Van Espen trekt dezer dagen op een hartverscheurende manier de discussie over onze aanpak van seksuele delinquentie in België opnieuw op gang. En terecht. De dader werd de voorbije jaren tot twee maal toe veroordeeld voor een gewelddadige verkrachting, maar kon (in afwachting van zijn zaak in hoger beroep) tot ieders verbazing afgelopen weekend opnieuw een slachtoffer maken. Politie en parket reageerden snel en efficiënt dit weekend, maar dit neemt niet weg dat we met een groot probleem zitten. België onderneemt ruimschoots onvoldoende maatregelen om seksueel geweld aan te pakken.

In 2017 nog oordeelde het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat België het stafrechtelijk onderzoek naar een seksueel misdrijf niet afdoende had gevoerd: er werd te passief gereageerd, elke coördinatie ontbrak en het onderzoek nam te veel tijd in beslag. Bovendien werd de zaak na, jawel u leest dit goed, 10 jaar geseponeerd. En ook onze Hoge Raad voor Justitie is van oordeel dat we veel beter kunnen. Vorige week nog lanceerden ze een oproep om van de aanpak van seksueel geweld een topprioriteit te maken.

En daar kunnen we het als democratische samenleving alleen maar volmondig mee eens zijn. De strijd tegen seksueel geweld moet een topprioriteit zijn en niet alleen op papier, maar ook (en vooral) in de praktijk. Politie en justitie die zich over deze zaken buigen, zijn schandalig onderbemand en kunnen het grote aantal dossiers niet aan. Zo verlopen de onderzoeken moeizaam, sommige slachtoffers worden één jaar na dato nog ondervraagd en velen moeten te lang wachten op gerechtigheid. Ondertussen lopen andere vrouwen, kinderen én mannen voortdurend het risico om slachtoffer te worden van diezelfde dader. Het verhogen van de (financiële én menselijke) middelen en het efficiënter inzetten hiervan is dan ook een must.

Hetzelfde geldt trouwens voor de omkadering en opvang van slachtoffers. Sinds oktober 2017 hebben we drie zorgcentra na seksueel geweld in België: in Gent, Brussel en Luik. Hun werking is succesvol en zorgt ervoor dat het slachtoffer in alle sereniteit en op één plaats zowel medische als psychologische hulp krijgt, alsook het bewijsmateriaal kan laten verzamelen en een klacht kan indienen bij de politie. Alleen hebben de bestaande centra meer middelen nodig om het grote aantal slachtoffers de gepaste hulp te kunnen bieden en is het essentieel dat er in élke provincie een centrum komt. Het kan niet dat een slachtoffer vanuit Ieper naar Gent moet om deze hulp te kunnen krijgen. De afstand verhoogt opnieuw de drempel en zorgt ervoor dat kostbare tijd verloren gaat.

Maar ook met de uitbreiding en creatie van deze centra is de kous niet af. Het is hoog tijd dat we ons strafrechtelijk beleid inzake zedenfeiten kritisch bekijken en drastisch hervormen. Zo moet de strafmaat omhoog (zeker wanneer het een recidivist betreft), mogen deze zaken niet zomaar geseponeerd worden, moeten de daders zeker twee derde van de strafmaat uitzitten en zou, naargelang de ernst van de feiten, de kans op recidive bij seksuele delicten opgenomen moeten worden als criterium om te bepalen of iemand onmiddellijk aangehouden kan worden of niet, of moeten er ten minste extra maatregelen worden opgelegd om het risico op nieuwe slachtoffers te voorkomen. Bovendien is het belangrijk dat er ingezet wordt op een behandeling van de delinquent na veroordeling en tijdens de gevangenschap.

In 2014 ontving de Belgische politie 3.567 klachten rond seksueel geweld. Er werden elke week drie aangiften van groepsverkrachtingen ingediend en elke dag acht wegens verkrachting en tien wegens aanranding van de eerbaarheid. En dit is nog maar het topje van de ijsberg, want de realiteit is nog veel grimmiger. 90% van de aanrandingen en verkrachtingen wordt namelijk niet aangegeven en zijn dus niet opgenomen in de bovenstaande cijfers.

Deze cijfers zijn dramatisch hoog en vragen een snelle en daadkrachtige reactie van onze beleidsmakers. Ik roep alle politieke partijen dan ook op om over de partijgrenzen heen de strijd tegen online én offline seksueel geweld daadwerkelijk tot topprioriteit te maken. Enkel zo kan er eindelijk echt werk worden gemaakt van een efficiënt en kordaat beleid tegen seksueel geweld in onze samenleving. Dat zijn we aan de bestaande en komende generaties verschuldigd.

Heidi De Pauw
Chief Executive Officer Child Focus